De commissie Economie en Bestuur van de gemeente Hilversum heeft geen twijfel over de toegevoerde waarde en het nut van Het Stadsfonds voor het stimuleren van de economische en maatschappelijke vitaliteit van Hilversum. Dat bleek woensdagavond na een geanimeerde discussie die uitmondde in een breed gedragen advies om Het Stadsfonds voor onbepaalde tijd te continueren.

Vernieuwing uitvoeringsovereenkomst

Het Stadsfonds bestaat 5 jaar en dat betekent dat de uitvoeringsovereenkomst vernieuwd moet worden. De discussie in de gemeenteraadscommissie werd gevoerd aan de hand van een door Het Stadsfonds uitgevoerde evaluatie. Daarbij keken bestuur en Raad van Advies middels een zelfevaluatie naar het eigen functioneren en de relatie met de gemeente. Bovendien werd aan Hilversumse ondernemers gevraagd via een uitvoerige enquête een oordeel te geven over de effectiviteit van Het Stadsfonds. De resultaten van het totale evaluatieproces werden daarna in een bijeenkomst met de Hilversumse ondernemers besproken. Uit de evaluatie onder ondernemers bleek al dat Het Stadsfonds kan rekenen op ruime steun. Vooral het feit dat door Het Stadsfonds de zelforganisatie in de trekkingsgebieden is toegenomen wordt gezien als een belangrijke ontwikkeling. Doorgaan in deze vorm was dan ook het advies van de ondernemers. En dat advies is woensdag door de raadscommissie overgenomen.

Levendige discussie

Wel ging daar een levendige discussie aan vooraf, onder andere over de vraag in welke mate de gemeente zich moet bemoeien met het beleid van Het Stadsfonds en of de bijdrage via de gemeente aan Het Stadsfonds nu wel of niet gezien moet worden als een subsidie. ‘Jawel’, vond de PvdA en dus moeten voor het beoordelen van de activiteiten van Het Stadsfonds dezelfde criteria worden aangehouden als voor andere subsidieontvangers, zo vindt deze partij. ‘Nee’, zo lichtte wethouder Wimar Jaeger

toe. Het Stadsfonds is er gekomen op verzoek van de Hilversumse ondernemers. Ze brengen zelf het geld op door bovenop hun OZB-aanslag 10 procent te betalen. De gemeente vult dat bedrag aan met een subsidie van 110.000 euro en zo ontstaat het investeringsfonds. Hooguit die 110.000 euro kan beschouwd worden als subsidie en misschien ook dat wat de gemeente zelf aan OZB inbrengt. Alles bij elkaar gaat het dan om een bedrag van 180.000 euro van de bijna 1 miljoen. De rest is van en voor de ondernemers, aldus de wethouder, die net als Stadsfonds-voorzitter Maarten Pel pleitte voor een grote beleidsvrijheid. Het geld is van de ondernemers en daarom moeten de ondernemers dus ook bepalen hoe het besteed wordt, aldus Jaeger. De overgrote meerderheid van de commissie ging daarin mee.

Geen al te strakke kaders

Daarmee reageerde de wethouder tevens op een pleidooi van SP, Christen-Unie en PvdA om vanuit de gemeente aan Het Stadsfonds strakke kaders te geven. Ook daarvan vond wethouder Jaeger dat het aan Het Stadsfonds is om namens de ondernemers beleid te formuleren en uit te voeren. Wel werd afgesproken dat het bestuur van Het Stadsfonds de gemeenteraad transparant zal informeren over de beleidsplannen, de uitvoering ervan en de behaalde resultaten. Voorts zal goed worden samengewerkt met citymarketing en het Platform Economie. Daarnaast zegde voorzitter Maarten Pel toe de transparantie omtrent de toegekende bedragen te zullen perfectioneren daar waar de informatie vragen oproept. Er zal de komende tijd extra worden geïnvesteerd in het activeren van trekkingsgebieden die qua zelforganisatie nog achter blijven. Er zal worden gelet op een evenwichtige toewijzing van middelen aan zowel economische als maatschappelijke activiteiten en er zal bijzonder worden gelet op inclusiviteit, d.w.z. de toegankelijkheid voor stadsgenoten met beperkingen.
Begin december zal de gemeenteraad definitief beslissen.